En opeens sierde ze paginagroot katern V van de Volkskrant, of liever gezegd: sierden haar borsten… De Zweedse filmster Ulla Jacobsson (1929-1982), begeerlijk en bloot in de film Hon dansade en sommar. We schrijven 1951, wat betekent dat bloot heel erg bloot is, zeker in het burgerlijke en calvinistische Nederland van kort na de oorlog. De film werd een hit.
Een paar jaar later zou Ulla zich laten versieren door Frank Lodeizen, een mooie en onweerstaanbaar charmante schilder die niettemin twee dagen voor de verovering nodig had.
Ze ontmoetten elkaar tijdens een tenniswedstrijd om de Davis Cup, in een Zweedse badplaats. Frank had toen nog geen idee van haar filmsterrenstatus, blijkt uit zijn brokkelige en onvoltooide mémoires.
“We keken naar de tenniswedstrijd en zeiden niets tegen elkaar. Toen het harder begon te regenen, gooiden achter ons zittende bezoekers regenjassen over ons heen. Wat aardig, dacht ik. Na de wedstrijd bracht ik haar naar huis, sma ekeby: ik wilde haar zoenen. Ze beet keihard in mijn tong, (of lip, dat weet ik niet meer) en sloeg de deur voor mijn neus dicht”.
Ze vreeën voor het eerst in een bos, naar later bleek op een doorgangsroute van rode mieren. Voor mijn boek zou ik heel graag weten hoe ze dat liefdesspel speelden, maar dat heeft Lodeizen nooit prijs gegeven. Begon hij? Of zij? Was het teder of wild? Zou Ulla er bij hebben gelegen als op de foto in de Volkskrant? Of zouden ze het met de kleren aan hebben gedaan?
Frank en Ulla trouwden in het stadhuis van Amsterdam, met Remco Campert als getuige. Er kwam een kind, ze woonden op Mallorca en in de Betuwe en leidden een leven met champagne en galadiners. Een sprookje, dat echter maar kort duurde.
Ze scheidden vier jaar later. Ulla trouwde met een streng katholieke Weense professor en stierf op 53-jarige leeftijd aan verwaarloosde borstkanker.
Lees hier meer over mijn boek over Frank Lodeizen